204: Archief van Fédération des Mutualités Socialistes du Centre (FMSC)
Het archief bestaat uit de verslagboeken. Opvallend is dat er zich geen naoorlogs materiaal in bevond. Hier wordt verder naar geprospecteerd.
Saved in:
| Raadpleegbaarheid: | Het archief is raadpleegbaar mits toestemming van de dienstdoende archivaris. |
|---|---|
| Reference code: | 204 |
| Level of description: | archief |
| By: | |
| Date: | 1890-1933 |
| Online access: | https://hdl.handle.net/10796/C2B08A75-A2E2-437B-8B4C-4FCC6867B1B8?locatt=view:level2 |
| Tags: |
Add Tag
No Tags, Be the first to tag this record!
|
| Summary: | Het archief bestaat uit de verslagboeken. Opvallend is dat er zich geen naoorlogs materiaal in bevond. Hier wordt verder naar geprospecteerd. |
|---|---|
| Date: | 1890-1933 |
| Physical description: | [0,11 strekkende meter] |
| Notes: | Biografie: Het industrieel bekken van Het Centrum (regio La Louvière) was eigenlijk de wieg van het socialistisch mutualisme in België. Daar werd in 1869 immers de eerste socialistische mutualiteit gesticht, als reactie tegen de fabriekskassen. Die mutualiteit maakte deel uit van La Solidarité, een afdeling van de Eerste Internationale die hetzelfde jaar te Fayt-Lez-Manage was opgericht. Na het uiteenvallen van de Internationale leidde de mutualiteit eerder een sluimerend bestaan. Maar in 1886 nam ze een nieuw elan. Samen met drie andere kassen, gesticht in 1886, namelijk die van Saint-Vaast, Jolimont en La Hestre, werkte ze aan de uitbreiding van de mutualistische werking in het Centre. Dit resulteerde in januari 1891 in de oprichting van de Fédération Socialiste des Sociétés de Secours Mutuels du Centre. Die federatie groepeerde 18 afdelingen en 3.000 leden. Tot dan toe beperkte de dienstverlening zich tot onderstand aan zieken en gewonden, en dan nog voor een beperkte periode, en tot een vergoeding voor de familie van overledenen. Door het samenwerken van de verschillende afdelingen in één verbond werd het echter mogelijk een gemeenschappelijke geneeskundige en farmaceutische dienst in te richten die kosteloos was. In 1893 werd in federaal verband ook een pensioenkas opgericht. De federatie kende vlug uitbreiding: in 1893 telde ze 6.000 leden verdeeld over 29 afdelingen. In 1897 werd door de provincie de eerste subsidie toegekend aan de herverzekeringskas (de kas voor langdurig zieken of invaliden). In 1901 werd ze wettelijk erkend. Intussen was Mansart aangesteld als permanent secretaris. In 1912 werd hij opgevolgd door Arthur Jauniaux. In februari 1914 besliste men ook afdelingen voor vrouwen op te richten. Tot dan toe konden vrouwen enkel aansluiten bij de kas voor geneeskundige zorgen. Ze werden niet toegelaten tot de kas voor uitkeringen bij ziekte omdat men vreesde dat vrouwen door hun zwangerschap(pen) ontzettend veel zouden kosten (en dat gold niet alleen voor de afdelingen in Het Centrum, maar voor alle mutualiteiten). Later ging men echter inzien dat de mutualiteit het middel bij uitstek was om vrouwen voor de socialistische beweging te winnen vermits het een organisatie was die tegemoetkwam aan directe materiële noden. In de tussenoorlogse periode kwam de klemtoon van de dienstverlening meer op de gezondheidszorg te liggen. Dit kaderde in een algemene vooruitgang van de medische wetenschap en werd sterk aangemoedigd door de overheid. In 1921 startte men met een eerste polikliniek in La Hestre, die later werd uitgebreid. In die periode begon de federatie ook deel te nemen aan de kindervakanties die door de Socialistische Vooruitziende Vrouwen (SVV) werden georganiseerd in Nieuwpoort. |