177/00009: Toespraak (kopie) betreffende UTMI, Centrale des Cuirs et Peaux en afdeling van de Borinage.
Saved in:
Raadpleegbaarheid: | Het archief is raadpleegbaar mits toestemming van de dienstdoende archivaris. |
---|---|
Reference code: | 177/00009 |
Level of description: | stuk |
By: | |
Tags: |
Add Tag
No Tags, Be the first to tag this record!
|
Date: | Z.d. |
---|---|
Notes: | Biografie: Edmond Friche (Genly, 12 oktober 1900 – Lodelinsart, 5 november 1892) is opgegroeid in een socialistische familie van de Borinage. Zijn vader, Camille Friche, was één van de stichters van de vakbond van de metaalarbeiders van de Borinage. Edmond Friche verliet de school toen hij 10 jaar was om in de leer te gaan bij een schoenmaker. Tijdens de oorlog 1914-1918 werd hij verplicht om in de mijnen te werken, maar na de vijandigheden, hernam hij zijn vak van schoenmaker. Als vakbondsmilitant werd hij dikwijls gestraft door de werkgevers. Toen hij begin van de jaren 1930 tewerkgesteld was bij Charlemagne-Quenon te Frameries, kreeg hij zijn ontslag. Als werkloze werd hij in 1934 uitgekozen als tweede bediende van de regionale sectie van de Leder en Huiden van de Borinage. Geboeid door de studie volgde hij avondlessen in de school Ecole Ouvrière Supérieure (EOS). Toen Oscar Demoustier in 1939 op pensioen ging, was het Edmond Friche die zijn plaats innam als permanent secretaris van de regionale sectie. Tijdens de oorlog van 1940-1944, weigerde hij toe te treden tot de Unie van Hand- en Geestesarbeiders (UHGA) en was hij actief in de syndicale weerstand en in het Onafhankelijkheidsfront. Vanaf oktober 1944 hernam hij zijn syndicale functies en stelde de Sectie Leder en Huiden van de Borinage opnieuw samen. Geconfronteerd met het bestaan van een Unieke Vakbond van de Leder Arbeiders, werd besloten samen te smelten in 1945. In 1952 kwam de samensmelting tot stand van de Centrale van Leder en Huiden met de Algemene Centrale. Als vakbondssecretaris stond hij aan de leiding van verschillende sociale conflicten in de schoenindustrie van de Borinage. Vooral de staking van 1963 had enorme weerklank. Tegelijkertijd was hij ook op politiek vlak actief als provincieraadslid. Als secretaris van de socialistische fanfare, stichter van de basketbalclub Cuirs et Peaux, en stichter van de plaatselijke Cercle d’Education Ouvrière, had hij een belangrijke rol in het sociale leven van La Bouverie. Hij stond zeer dicht bij het volk. In oktober 1965 nam hij zijn ontslag als vakbondssecretaris. |