594: Archief van Hendrik de Man

Het archief bestrijkt - weliswaar niet steeds volledig - het volledige leven, denken, werken en handelen van de Man. Het archief is zeer divers en omvat officiële documenten, persoonlijke en ambtelijke briefwisseling, persoonlijke en ambtelijke nota’s, manuscripten en werkmateriaal voor voordrachten...

Full description

Saved in:
Bibliographic Details
Raadpleegbaarheid:Raadpleegbaar
Reference code:594
Level of description:archief
By: de Man, Hendrik
Date:1885-1953
Online access: https://hdl.handle.net/10796/42E1DE21-3ABC-40C2-912D-996B64A9022B?locatt=view:level2
Tags: Add Tag
No Tags, Be the first to tag this record!
Description
Summary:Het archief bestrijkt - weliswaar niet steeds volledig - het volledige leven, denken, werken en handelen van de Man. Het archief is zeer divers en omvat officiële documenten, persoonlijke en ambtelijke briefwisseling, persoonlijke en ambtelijke nota’s, manuscripten en werkmateriaal voor voordrachten, knipsels, werkmateriaal voor zijn universitaire opdrachten en diverse dossiers. De hoofdstukken “Persoon en familie” en “Geboorte, kinder- en jeugdjaren” bevatten vanzelfsprekend overwegend familiegebonden stukken. De meer persoonsgebonden stukken zoals zijn dagboeken en zijn briefwisseling met zijn ouders en vrienden geven aan dit fonds een meer menselijke dimensie, die in de andere archieven ontbreekt. De periode 1902-1914 bevat originele documenten vanaf zijn eerste militantenjaren bij de Antwerpse Socialistische Jonge Wacht (1902), over zijn studentenjaren te Brussel, Gent en Leipzig, zijn verblijven in het buitenland, de oprichting van de Centrale voor Arbeidersopvoeding en zijn dispuut met Edward Anseele over het artikel “Die Arbeiterbewegung in Belgien” dat hij in 1911 samen met Louis de Brouckère publiceerde in het Duitse tijdschrift “Die Neue Zeit”. Het hoofdstuk “Eerste Wereldoorlog” bevat persoonlijke en militaire documenten over de situatie en het leven aan het front; zijn zending samen met Emile Vandervelde en Louis de Brouckère naar Rusland in 1917; zijn missie als lid van een Belgische regeringsdelegatie naar de USA (1918), met daarin verschillende dossiers waaronder het dossier over zijn omstreden voordracht voor de Lake Placid Club. De onderverdeling “Militant, theoreticus, politicus – Interbellum 1919-1940” volgt verder de levensloop van de Man, met zijn verschillende verblijven in USA en Canada (1919-1920), in Duitsland waar hij lesopdrachten aanvaardt aan de Akademie der Arbeit (Darmstadt (1922-1926)), en aan de universiteit van Frankfurt am Main (1929-1933), de dossiers Socialistische Internationale en Bureau International du Travail, de Arbeidershogeschool te Ukkel, Centrale voor Arbeidersopvoeding, zijn lesopdracht aan de Université Libre de Bruxelles (1933-1940), het Plan van de Arbeid en de deelname van de BWP en van de Man aan de opeenvolgende regeringen 1935-1940. De oorlogsperiode 1940-1944 is zeer minimaal gestoffeerd en is een overlapping van de deelarchieven in het SOMA en het Algemeen Rijksarchief. De periode Zwitserland (1944-1953) is dan op haar beurt rijkelijk gedocumenteerd. De briefwisseling met zijn vrienden en familie, het dagboek, de nota’s betreffende zijn financiële uitgaven, zijn kandidatuur voor een leerstoel in Zuid-Afrika en Zwitserland, zijn vertalingsopdrachten, zijn ontelbare voordrachten en radiolezingen, geven een scherp en triest beeld van het moeilijk en sober leven van Hendrik de Man en van zijn vrouw Vali in hun exilland Zwitserland.
Date:1885-1953
Physical description:[4,62 strekkende meter]
Notes:Biografie: Hendrik de Man werd geboren in 1885 te Antwerpen in een welgesteld liberaal burgergezin. Al op jonge leeftijd werd hij een vurig aanhanger van het Marxisme. Hij studeerde economie, psychologie, wijsbegeerte en geschiedenis te Leipzig. Tussen de twee wereldoorlogen werd hij één van de voornaamste denkers en schrijvers op het gebied van de sociale psychologie in België en Europa. Hij was de secretaris van de Internationale der Socialistische Jonge Wachten, oorlogsvrijwilliger tussen 1914 en 1918, stichter van de Centrale voor Arbeidersopvoeding en van de Arbeidershogeschool, hoogleraar te Frankfurt am Main en te Brussel in de sociale psychologie. Hij raakte ook bekend met een aantal ophefmakende sociaaltheoretische werken in verschillende Europese talen: La joie au travail (Arbeidsvreugde), Zur Psychologie des Sozialismus (Au delà du Marxisme) en L’idée socialiste. Het Marxisme wilde hij te boven gaan met een humaan en ethisch socialisme. De economische crisis wilde hij bezweren met het bekende Plan van de Arbeid (1933). In 1935 werd hij minister van Openbare Werken en Opslorping van de Werkloosheid, later minister van Financiën. Vooral onder invloed van deze ervaringen groeide zijn kritiek op het Belgische parlementaire regime en raakte hij politiek veeleer geïsoleerd. Niettemin verkoos de Belgische Werkliedenpartij hem in 1939 tot voorzitter. Na de Duitse invasie van mei 1940 was Hendrik de Man overtuigd van de overwinning van Hitler-Duitsland en het definitieve einde van het parlementaire regime in België. Dat verkondigde hij althans in zijn spraakmakende Manifest van 28 juni 1940. Maar toen bleek dat hij zich niet op dezelfde golflengte bevond als de bezetter, dook hij onder in de Franse Haute Savoie. In 1944 verkreeg hij asiel in Zwitserland. In 1946-1947 werd de Man door het Belgische gerecht bij verstek veroordeeld, aangezien hij ’s vijands bedoelingen ‘kwaadwillig’ zou hebben gediend. Samen met zijn echtgenote verloor hij in 1953 het leven in een verkeersongeval.