156/00102: Verslag betreffende Groep ‘Esprit’
Saved in:
Raadpleegbaarheid: | raadpleegbaar mits toestemming van de verantwoordelijke archivaris |
---|---|
Reference code: | 156/00102 |
Level of description: | stuk |
By: | |
Date: | 1963-1963 |
Tags: |
Add Tag
No Tags, Be the first to tag this record!
|
Date: | 1963 |
---|---|
Physical description: | [2 stukken] |
Notes: | Biografie: Marthe Van de Meulebroeke (°1922) groeide op in het links-intellectuele milieu van Brussel, dat bestond uit revolutionairen, anarchistische vrijdenkers en kunstenaars. Haar vader was een vrijdenker en anarchistisch sympathisant. Zijn grote passie was muziek; in de jaren 1930 componeerde hij onder andere muziek voor de proletarische theatergroep L’Equipe. Haar moeder, afkomstig van de bourgeoisie van Parijs, was vrijdenker en republikein. Dat zeer culturele en intellectueel linkse milieu heeft het leven van Marthe Van de Meulebroeke zeer sterk beïnvloed. Na haar humaniora studeerde ze Romaanse filologie en filosofie aan de Université libre de Bruxelles (ULB). In 1947 won ze een universitaire prijs met haar verhandeling L’Abbé Bremond et son oeuvre critique. In 1948 begon ze haar carrière als lerares Frans. Later gaf ze ook lessen moraal, filosofie en psychologie. Haar ideeën werden nooit geïnspireerd door één bepaalde ideologie, integendeel. Ze streefde altijd naar een synthese van verschillende stromingen. Zowel een zeker christelijk humanisme als de marxistische onderzoeksmethode beïnvloedden haar. Ze nam een afstandelijke en kritische houding aan ten opzichte van de structuur van de partij. Als lid van de Socialistische Partij (SP) nam ze toch een vrij onafhankelijk standpunt in. Haar activiteiten als vrijmetselaar vormden echter de eigenlijke leidraad in haar leven. In 1948 werd ze lid van de progressieve gemengde loge Le Droit Humain. Van eind de jaren 1950 tot de jaren 1980 presenteerde ze het radio- en televisieprogramma La pensée et les Hommes, een programma dat een belangrijke rol had in de vulgarisatie van nieuwe standpunten over seksualiteit en maatschappij. Als vooraanstaand lid van Le Droit Humain was ze in 1962 medestichtster van La Famille Heureuse, het eerste Franstalige centrum voor familiale planning en seksuele opvoeding. Haar politiek engagement manifesteerde zich met de Algerijnse kwestie: in 1957 nam ze deel aan de actie van het Janson-net, een hulporganisatie van de Algerijnse vrijheidsbeweging. Van 1958 tot 1962 zetelde ze in de directie van de Belgische Liga voor de Rechten van de Mens en samen met Sylvain Decoster zat ze de commissie Onderwijs voor. Als gevolg van de staking van 1960-1961, waaraan ze als vakbondsvrouw actief deelnam, evolueerde Marthe Van de Meulebroeke meer en meer naar de linkse vleugel van de socialistische beweging. Ze bewoog zich in het milieu van La Gauche en van de pluralistische groep Esprit. Toen La Gauche in 1964 uit de Belgische Socialistische Partij (BSP) gebannen werd, werd ze, door toedoen van Marcel Liebman, lid van de Union de la Gauche Socialiste (UGS). Later beschouwde ze haar aansluiting bij de UGS met gemengde gevoelens – ze sloot zich terug aan bij de PS en stelde zich zelfs kandidaat voor de gemeenteverkiezingen – maar het was dankzij de UGS dat ze in contact kwam met de vrouwenbeweging. In 1965 richtten Marthe Van de Meulebroeke en Nicole Gérard een actiecomité op, À Travail égal, Salaire égal, om de eisen van de stakende arbeidsters van FN-Herstal bij te staan. Marijke Van Hemeldonck en Piet Vermeylen maakten er eveneens deel van uit. Dat pluralistisch comité is geëvolueerd naar een feministische beweging en liet Marthe Van de Meulebroeke toe om van een traditioneel feminisme over te gaan naar het nieuwe feminisme van de jaren 1970. Ze was een van de schrijfsters van het boek Petit Livre Rouge de la Femme. Begin 1970 maakte ze deel uit van het solidariteitscomité Angela Davis. Ze was medestichtster van de Groupe de Recherche et d’Information Féministe (1973), waaruit later L’Université des Femmes ontsproot. |