444/00016: Brochure van Leo Trotski en Walter Dauge over de arbeidersmilities

Saved in:
Bibliographic Details
Raadpleegbaarheid:Raadpleegbaar mits toestemming van de verantwoordelijke archivaris
Reference code:444/00016
Level of description:bestanddeel
By: Vereeken, Georges
Date:1936-1936
Tags: Add Tag
No Tags, Be the first to tag this record!

Description
Date:1936
Physical description:[1 stuk]
Notes:Biografie: Georges Vereeken (1896-1988) was taxichauffeur in Brussel en werd lid van de Kommunistische Partij van België (KPB) in 1922. Al in 1925 werd hij verkozen in de partijleiding, nl. in het Centraal Comité. In 1928 koos hij de kant van de Linkse Oppositie – een links verzet tegen de stalinistische machtsgreep in de partij en – werd hij uit de KPB gezet. Ook in de nieuwe antistalinistische organisatie had hij, als organisator en man met uitgesproken ideeën, een plaats in de leiding; hij koos daarin eerder de kant van Leon Lesoil dan die van het duo Hennaut-Van Overstraeten. Hij had ook grote meningsverschillen met de inspirator van deze oppositie, Leo Trotski, vooral over het entrisme in de Belgische Werkliedenpartij. Dat leidde tot een breuk met de andere oppositionelen, waarna hij de groep Spartacus oprichtte in 1934. Een hergroepering was pas mogelijk na het einde van de entristische periode en na de oprichting van Revolutionair Socialistische Partij in 1936. Maar ook dan doken nieuwe meningsverschillen op over de Spaanse Burgeroorlog en de POUM. Voor Vereeken en zijn groep resulteerde dat een nieuwe afscheuring en de oprichting van de groep Contre le courant/Tegen den Stroom (1938-1945). Deze groep weigerde deel te nemen aan de oprichting van de Vierde Internationale, volgens Trotski een absolute noodzaak in het vooruitzicht van een naderende wereldoorlog, maar volgens Vereeken een tot mislukken gedoemd project wegens de zwakheid van haar componenten. Verder nam hij positie in tegen Trotski in het debat over de Sovjet-Unie – was dat al dan niet een arbeidersstaat, bestond er staatskapitalisme …? Vereeken weigerde onvoorwaardelijke steun aan de Sovjet-Unie bij een wereldconflict. Enkele andere revolutionairen, zoals de Nederlander Henk Sneevliet, hadden een gelijkaardig standpunt. Na de oorlog, in 1945, was er weer een fusie met de andere trotskisten, met Ernest Mandel als nieuwe leider. Een nieuwe entristische periode was aanleiding tot de definitieve breuk en de uitgave van zijn eigen periodiek Alle macht aan de werkers/Tout le pouvoir aux travailleurs. De onderwijssyndicalist Pierre Le Grève volgde zijn leermeester niet bij deze zoveelste afscheuring en bleef samenwerken met Mandel; hij beleefde zijn ‘moment de gloire’ toen hij in 1965 in het parlement verkozen werd. In 1975 schreef Vereeken Le Guépéou dans le mouvement trotskyste, een boek dat omstreden was omwille van een hoog gehalte aan complottheorieën.